In november 1959, enkele maanden na zijn hbs-eindexamen, vertrekt Wim van de Waal naar Nederlands Nieuw-Guinea om in Hollandia de opleiding tot bestuursambtenaar te gaan volgen. Hij is net twintig geworden wanneer hij wordt aangesteld als districtshoofd van een exploratieressort aan de Casuarinenkust, een nog vrijwel onbekend gebied ongeveer zo groot als de provincie Noord-Brabant.
Met een ontwapenende combinatie van Hollandse nuchterheid en een romantische zucht naar avontuur stort het jeugdige districtshoofd zich op zijn taak. Hij ontwikkelt al snel een grenzeloze bewondering voor de Papoea-bevolking en een kritische houding ten opzichte van de koloniale overheid. Als Michael Rockefeller, de zoon van de Amerikaanse zakenman en politicus Nelson Rockefeller, spoorloos verdwijnt in het gebied waarvoor Van de Waal verantwoordelijk is, laat deze zich van zijn beste kant zien.
Dit boek bevat niet alleen het boeiende verhaal van Van de Waals ervaringen, waaronder het omstreden onderzoek naar de verdwijning van Michael Rockefeller, maar ook een selectie uit de vele indrukwekkende foto’s die hij destijds genomen heeft – foto’s die alleen al bijzonder zijn, omdat er nauwelijks kleurenopnamen van Papoea’s bekend zijn uit deze tijd. Van de Waals persoonlijke getuigenis in woord en beeld maakt dit boek tot een uniek document.
