In 1913 begon Nederland in Albanië een militaire missie, op verzoek van de zes grote mogendheden. Over deze missie zelf is uitgebreid gerapporteerd in eerdere publicaties. Een van de deelnemers was luitenant G.A. Mallinckrodt, adjudant van majoor Thomson. Hij verbleef in Albanië van eind december 1913 tot 1 augustus 1914. Van alle deelnemers was hij zonder meer een van de flamboyantste militairen, met een uiteindelijk tragische levensloop. Niet alleen maakte hij door zijn rijzige statuur indruk op de vrouwen (er gingen zelfs geruchten dat hij een verhouding had met Mata Hari, maar daar was helaas geen vinger achter te krijgen). Hij was van kinds af aan al een durfal en altijd in voor actie. Talenten die Thomson in Nederland al waren opgevallen, en waarvoor hij hem als zijn persoonlijke adjudant had geworven.
Thomson liet het leven in Albanië, op 15 juni 1914, tijdens een beleg van opstandelingen. Over de omstandigheden wordt uitgebreid geschreven in de chronologie van zijn leven (Thomson ¬– De mediamajoor.)
Ook Mallinckrodt ging een tragisch leven tegemoet, na terugkomst in Nederland. Hij was betrokken bij een gewelddadige onderdrukking van een opstand in een interneringskamp voor Belgische militairen in Zeist, in 1914. Hij raakte zo van slag, ook door de schulden die hij had, dat hij deserteerde en uitweek naar Oostenrijk. Na terugkomst in Nederland, midden 1918, moest hij zich verantwoorden voor de krijgsraad, en kwam er nog genadig van af. Hij besloot af te reizen naar Zuid-Amerika, nieuwe avonturen tegemoet. Hij overleed op 2 mei 1925 in de Braziliaanse havenstad Bahia, op 35-jarige leeftijd, tijdens zijn terugreis naar Nederland.
